Fijn als je jouw eigen school hierin herkent! En toch …
Juridisch gezien zijn er verschillende fasen tussen het moment dat de ouders het idee krijgen de school eens te bellen of te bezoeken en het moment dat hun kleintje wat verlegen aanschuift in een kringetje van kleuters, nog eens achterom kijkt naar papa en mama en ze wat onzeker met een mollig handje uitzwaait.
Aanmelding
De eerste fase is die van de aanmelding. Als ouders hun kind aanmelden vóór het drie jaar oud is kan de school daar eigenlijk niet veel meer mee dan danken voor de belangstelling. De wet is daar duidelijk over: aanmelden kan pas vanaf het derde jaar van het kind. Begrippen als ‘vooraanmelding’ stellen juridisch niets voor. Ouders kunnen daar geen rechten aan ontlenen en de directeur doet er goed aan daar duidelijk over te zijn. Áls de directeur een aantekening maakt van de getoonde belangstelling is dat meer voor eigen gebruik, om een voorzichtige inschatting te kunnen maken van het verloop van het aantal leerlingen in de komende jaren, dan dat hij toezeggingen doet of kan doen aan de ouders.
Is het kind echter drie jaar, dan is sprake van een echte aanmelding en kan de directeur overgaan tot toelating. In de meeste gevallen lijkt dat een formaliteit, maar soms zijn er toch wel wat hobbels te nemen voor deze tweede fase.
Respect voor de grondslag
In de eerste plaats is er de vraag of de school een toelatingsbeleid voert dat samenhangt met de identiteit. Hoewel in pers en politiek soms de suggestie wordt gewekt dat tientallen ouders zich voor de poorten van bijzondere scholen verdringen om hun kind aan te melden, en vervolgens teleurgesteld moeten afdruipen – zij kunnen niet instemmen met de grondslag van de school, en nu wordt hun kind niet toegelaten! – zijn de feiten anders, zoals ook al bleek uit een onderzoek in opdracht van OCW in december 2020. Ouders weten heel goed waar zij hun kind aanmelden. Het zijn echt geen tennisliefhebbers die zich bij een voetbalclub aanmelden en vervolgens gaan morren dat de bal te groot is. Wanneer het bevoegd gezag echter van ouders vraagt de grondslag te onderschrijven is dat zijn goede recht. Meer dan eens heeft de rechter dat bevestigd. Veel scholen vragen echter niet meer dan respect voor de grondslag van de school, en dat leidt in de praktijk tot een open toelatingsbeleid. Ook voor zo’n toelatingsbeleid zijn goede gronden, maar de keuze is aan het bevoegd gezag.
Overigens hoeft een toelatingsbeleid niet, en zeker niet uitsluitend, gekoppeld te worden aan de grondslag. Er kunnen ook andere criteria zijn, zoals afspraken binnen de gemeente of het bestuur over een verdeling naar postcodegebied. Wanneer een leerling in beginsel toegelaten kan worden, kan er zeker bij populaire scholen een wachtlijst zijn. De plaats van het kind op die wachtlijst moet wel op basis van relevante en objectieve criteria gebeuren. Eén daarvan is dikwijls of er al kinderen uit hetzelfde gezin de school bezoeken. Verder zal vooral de volgorde van aanmelding bepalend zijn.
Toelatingsgesprek
In een toelatingsgesprek met de ouders zal zeker ook gevraagd moeten worden naar mogelijke belemmeringen die het kind zou kunnen ondervinden bij het goed functioneren binnen de school, de (special) educational needs. Wanneer daarvan sprake is kan aan de hand van het schoolondersteuningsprofiel gecheckt worden of de school iets kan betekenen voor het kind. In het uiterste geval zal het bevoegd gezag op zoek moeten naar een school waar het kind wel adequaat ondersteund kan worden.
Als deze hobbels allemaal genomen zijn worden de aangeleverde gegevens gecheckt, en wanneer die niet compleet zijn zullen de ouders een termijn krijgen om die aan te vullen. En dan is het wachten op de vierde verjaardag van het kind.
Voldoen aan Leerplichtwet
Hoewel het formeel een andere fase is zal de inschrijving zo ongeveer samenvallen met het voorwerk vóór de juridische toelating. Inschrijving is namelijk niet anders dan de fase waarin de directeur een aantal administratieve handelingen verricht om het recht op deelname aan het onderwijs binnen die school bevestigd wordt. Voor de ouders is het van belang dat het kind ook daadwerkelijk ingeschreven is, omdat zij daarmee in beginsel aan de Leerplichtwet voldoen.
De laatste fase is de plaatsing: het kind wordt geplaatst in een bepaald gebouw, en in een bepaalde groep. Dat is een fase waarbij het bevoegd gezag een beslissing neemt, die valt onder de zogeheten pedagogische autonomie van de school. Natuurlijk zal – als er meerdere groepen van een zelfde leerjaar zijn – met de ouders over gesproken worden, maar een beslissing van het bevoegd gezag in deze kan genomen worden op grond van andere motieven dan die de ouders het belangrijkst vinden. Gelukkig gaat het meestal goed! En dat achterom kijken is ook meestal binnen een week over …
Op een rijtje:
Aanmelding:
Vanaf de derde verjaardag, en liefst uiterlijk tien weken vóór het kind daadwerkelijk de school zal bezoeken (artikel 40 lid 2 WPO).
Toelating:
- check op toelatingsbeleid (grondslag, postcode, wachtlijst)
- check op (special) educational needs (artikel 40 lid 3 en 4 WPO)
- beslissing over de toelating binnen zes weken na aanmelding, met mogelijkheid tot vier weken verlening (artikel 40 lid 6 WPO)
Inschrijving:
- administratieve handelingen van de directie
Plaatsing:
- formeel vanaf de vierde verjaardag, maar vanaf de leeftijd van drie jaar en tien maanden mag het kind vijf keer een dagje meelopen (artikel 39 lid 1 en 3 WPO).
Bovenstaande gang van zaken hebben we in een handzame brochure verwoord. Deze brochure over het toelatingsbeleid voor leerlingen kent zowel een identiteitsperspectief als een juridische invalshoek. Je kunt haar gratis aanvragen via deze link. Ze geeft je inzichten in dit thema en nodigt je uit hierover verder in gesprek te gaan. Met vragen over dit onderwerp kun je terecht bij onze juridische helpdesk.
Samen besturen
Deze pagina is onderdeel van ons domein Samen besturen. Verus wil randvoorwaarden scheppen voor geïnspireerd goed onderwijs. Dat doen we door betrokken te zijn bij elkaar en samen te verbinden als gemeenschap, met begrip voor de positie van leden die in hun eigen leergemeenschap functioneren. Bestuurlijke vraagstukken lossen we samen op, met hulp van collega-bestuurders of een adviseur.