Publicatie-
datum:

18 december 2019

Publicatiedatum: 18 december 2019
Bestuur en samenwerking Identiteit

Visser deed zijn onderzoek bij eerstejaars studenten van Driestar hogeschool in Gouda, waar hij ook werkt als studieleider van de professionele masteropleidingen.

Negatieve resultaten én zelfbeeld

Uit zijn onderzoek wordt duidelijk dat uitstelgedrag voor heel veel studenten een probleem is. Niet voor iedereen even sterk, maar een deel raakt echt gestrest, kijkt negatief naar de studie en zichzelf en haalt daardoor slechtere resultaten. “Ook voor degene die tegen zichzelf zegt: ik werk het best onder druk, met de deadline dichtbij, geldt dat hij betere resultaten haalt als ‘ie gewoon op tijd begint”, weet Visser.

Twee factoren spelen een rol bij uitstelgedrag: motivatie en faalangst. Visser: “Bij de superuitstellers zie je overduidelijk dat ze eigenlijk een andere opleiding willen doen. Het is niet wat ze ervan verwachtten, of ze zijn maar aan deze studie begonnen omdat een vriend dat ook deed. Die studenten zouden we zo snel mogelijk naar een andere, betere keuze moeten begeleiden. Zodat ze ook niet te lange tijd negatieve ervaringen opdoen.”

En dan faalangst: uit Vissers onderzoek blijkt dat wie faalangstig is, sneller uitstelt. “Ze raken in een negatieve spiraal. Dat gaat onbewust. ‘Ik heb het niet goed gedaan, waarom kan ik dit nou iet, wat ben ik een kluns…’”

Wat kun je wél?

Visser deed een interventie. In een training leerde hij een groep uitstellers te focussen op hun kwaliteiten en wat ze wél kunnen. Als deze studenten op vakantie gaan lukt het hen op tijd hun koffer te pakken en het vliegtuig te halen. Ze hebben het dus in zich. Visser: “We leerden de studenten op meta-niveau naar zichzelf kijken. Welke kwaliteiten heb je nodig als je tegen studie-uitstelgedrag aanloopt: vasthoudendheid, daadkracht, veerkracht. Kun je vervolgens, als je achter je bureau zit, contact maken met de kernkwaliteit die nu nodig is?”

Het hielp. Althans, de eerste meting, een week na de training, liet zien dat de studenten die Visser begeleid had, lager scoorden op uitstelgedrag dan de controlegroep. Maar een paar maanden later was het verschil weg. Want het lukte de controlegroep ook haar uitstelgedrag te overwinnen. Training voor niets geweest? Nee, vindt Visser, want het is mooi als je studenten zoveel maanden eerder al kunt helpen. Maar hij gaat deze interventie wel verder onderzoeken. “Omdat ik erin geloof dat je mensen helpt door hen te laten zien wat ze kunnen.”

Ben je erbij?

De training ging ook over ‘presence’, een tweede instrument in de strijd tegen studie-uitstelgedrag. “Je zit achter je bureau om aan je studie te werken. Je hand gaat naar de muis. En je zit opeens op Facebook.” Dat ervaren studenten. “Tijdens de training gaan we in op de vraag: ‘ben je erbij?’ Je hebt een uitstel-ik en een regie-ik. Wie is op dit moment de baas? Daar kun je voor kiezen.”

Over Facebook gesproken, zijn social media de boosdoeners als het gaat om studie-uitstelgedrag? Nee, zegt Visser. “Er zijn onderzoeken uit de jaren ’90 met dezelfde cijfers. Toen liepen studenten naar de kroeg om de hoek of bleven ze te lang koffiedrinken in de keuken. Maar de training beginnen we wel met het uitzetten van álle telefoons, ja. En dan in de pauze een kwartier lang ín het scherm. Je socials checken. In opperste concentratie.”

Hou vol

Dé vraag is natuurlijk: had de promovendus zelf nog last van uitstelgedrag bij het schrijven van zijn proefschrift? Visser lacht: “Als je promotieonderzoek doet naast een gewone baan, zijn er altijd urgentere dingen in je werk dan werken aan je proefschrift. In mijn gezin was intussen ook het nodige te doen dus soms dacht ik inderdaad: ik kap er helemaal mee. Maar dan waren er gelukkig mensen om me heen die zeiden: Wij geloven dat je het kan. Hou vol.”

Lennart Visser hoopt op 23 januari in Amsterdam te promoveren op zijn onderzoek Academic Procrastination among First-year Student Teachers. Meer informatie vind je hier.

Gerelateerde berichten