Publicatie-
datum:

8 februari 2023

Publicatiedatum: 8 februari 2023

Wat is de aanleiding voor deze publicatie?

“Het begon voor ons bij de vraag: hoe kun je als bestuurder invloed uitoefenen op de brede onderwijskwaliteit op scholen? Niet door op de stoel van de directeur te gaan zitten, maar wel het gesprek met elkaar te voeren om meetbaar, merkbaar en zichtbare aspecten van de brede onderwijskwaliteit in beeld te krijgen. Hoe pak je dit als bestuurder aan: welk kader en welke instrumenten gebruik je hiervoor?”

Hoe is dit proces van onderzoek verlopen?

“Vanuit onze eigen nieuwsgierigheid begonnen we met de vraag hoe we zelf zicht houden op de brede onderwijskwaliteit. Dit heeft geleid tot de onderzoeksvraag. We zijn met het model van integrale benadering van brede onderwijskwaliteit aan de slag gegaan. De nadruk is niet gelegd op de smalle onderwijskwaliteit (kwalificatie), maar juist op de brede kwaliteit van onderwijs (socialisatie en persoonsvorming). We hebben daarbij gekeken vanuit het betekenisgevend perspectief. Wat is van waarde en betekenis voor/in goed onderwijs? Wat doet ertoe? Voor ons is dat goed leren, goed leven en goed samenleven. Hoe geef je daar in de schoolpraktijk vervolgens vorm? In het verhaal geeft de school aan wat zij van waarde en betekenis vindt. Een samenhangend geheel van wat er in de school gebeurt, gedaan wordt en hoe dit wordt ervaren. Meetbaar, zichtbaar, merkbaar en consistent. De hele school moet het verhaal als het ware ademen.”

Hoe hebben jullie de praktijk hierbij betrokken?

“We zijn met participatief onderzoek aan de slag gegaan en hebben een vragenlijst ontwikkeld waarmee we collega-bestuurders hebben geïnterviewd over praktijksituaties waarbij ze gestuurd hebben op brede kwaliteit van het onderwijs. De uitkomsten van deze interviews hebben we naast elkaar gelegd en bestaande theoretische opvattingen zijn geraadpleegd. Dit heeft geleid tot de ontwikkeling van een handleiding en reflectie-instrument waarmee bestuurders kunnen sturen op brede onderwijskwaliteit.

Zo bestaat de reflectie uit de de redeneerketenaanpak. Als bestuurder onderneem je bepaalde acties die tot een bepaalde uitkomst leiden. Met de redeneerketen denk je na over welke alternatieven je had gehad en wat het beoogde resultaat zou zijn als je die alternatieven had ingezet. Dit instrument nodigt je uit om meer na te denken. In de interviews die ik zelf heb afgenomen, merkte ik dat de bestuurders zelf aangaven te weinig te reflecteren op hun eigen handelen. Binnen Stichting Catent zijn we bewuster bezig met kijken naar welke alternatieven er zijn en welke mechanismes eronder liggen. Het maakt je onbewust handelen zichtbaar.

Overigens denken we dat dit instrument niet alleen geschikt is voor bestuurders, maar zeker ook voor de directeur.”

Hoe heb jij de Kennisalliantie ervaren?

“Als heel inspirerend en leerzaam. Behalve door samen met Verus-adviseurs en schrijvers Theo van der Zee en Sandra van Groningen te werken aan de publicatie, wissel je onderling als bestuurders ook ervaringen uit. Daar leer ik altijd van. Daarnaast was er ook een directeur onderwijs en kwaliteit in ons gezelschap. Het interdisciplinaire karakter heb ik als enorme toegevoegde waarde ervaren.”

Wat wil je collega-bestuurders meegeven aan de hand van deze publicatie?

“Ik wil collega-bestuurders uitnodigen het reflectie-instrument in de praktijk te gebruiken én ervaringen te delen. Daarnaast hoop ik dat we het gesprek blijven voeren over betekenisvol (bestuurlijk) handelen en hoe we sturen op brede onderwijskwaliteit. Als bestuurder ben je vanuit de verbinding verantwoordelijk en moet je je laten aanspreken op de brede kwaliteit van het onderwijs.”

Gerelateerde berichten