Het overleg richtte zich voornamelijk op de zaken die niet lijken te lukken of wel in het Regeerakkoord staan maar niet uitgevoerd zijn.
- Laat het geld het kind volgen
CDA en PvdA roepen het onderwijs op te werken aan een systeem waarin niet het eigen curriculum, maar het kind centraal staat. Verus herkent het door het CDA ingebrachte punt dat onderwijs beter in staat is gelijke kansen te bieden als het integraal kan werken. De doorzettingsmacht zou zo dicht mogelijk bij de werkvloer belegd moeten worden. Geef daarom de leraar de regie over de verdeling van aandacht en middelen voor kinderen die naast onderwijs ook extra maatschappelijke voorzieningen en/of medische zorg nodig hebben.
Beide Ministers stellen dat te veel geld uit onderwijs nu gaat naar zorg. Zorgconsulenten gaan scholen helpen om de juiste middelen op de juiste plaats in te zetten. De Kamer waarschuwt voor 'een woud’ aan rondlopende consulenten. - Inclusief onderwijs
Leerlingen uit het speciaal onderwijs moeten beter en sneller worden opgenomen in het regulier onderwijs, vindt Lisa Westerveld (GroenLinks). De partij wil minder bureaucratie en meer ruimte voor scholen om te komen met eigen oplossingen. Met dit pleidooi sluit zij aan bij het betoog van het CDA om de regie bij de leraar te leggen. - Thuiszitten: een veelkoppig monster
Hoewel het NRO vorig jaar betoogde dat het slagen van passend onderwijs niet bepaald mag worden door het aantal thuiszitters, noemde Paul Van Meenen (D66) het thuiszittersdebacle ‘de kanarie in de kolenmijn voor passend onderwijs’. Slob bevestigd dat het ‘ongelooflijk frustrerend’ is dat het aantal thuiszitters is gestegen sinds de start van passend onderwijs. In totaal zijn het er nu 5000. Het thuiszitterspact van de sectororganisaties heeft dus niet het beoogde effect. D66 stelt dat scholen zich niet committeren aan de sectorafspraken.
Een definitieve oplossing lijkt ver weg. De groep is immers zeer divers. Slob noemt het thuiszittersprobleem een ‘veelkoppig monster’ en gaat eisen dat scholen ongeoorloofd verzuim direct melden, en niet achteraf.
De minister wil dat de landelijke geschillencommissie een bindend advies kan geven bij zaken over de plaatsing van leerlingen. - Wachtlijsten bij het speciaal- en voortgezet speciaal onderwijs
Minister Slob wil niet toestaan dat er nieuwe (v)so-scholen gesticht worden. De enige manier om zo’n school te stichten is verzelfstandiging van een bestaande nevenvestiging. Op dit moment staan er 250 leerlingen op de wachtlijst voor een plekje op en bestaande (v)so-school. Slob denkt na over een oplossing. - Zorg- en onderwijsgeld voor Ernstig Meervoudig Beperkte kinderen
Eindelijk wordt er uitvoering gegeven aan de motie Heerema (VVD) waarmee EMB-kinderen in de hoogste bekostigingsgroep komen én een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) voor de hele schoolloopbaan krijgen. Deze groep kinderen hebben ernstige meervoudige beperkingen en voor hen moet tot op heden elk jaar opnieuw een TLV voor het speciaal onderwijs worden aangevraagd. Het gaat om zo’n 1500 kinderen op 91 scholen. D66, GroenLinks en VVD dringen aan op een garantie voor een vast bedrag per leerling. De minister verzet zich hiertegen, meer leerlingen met deze indicatie betekent minder te verdelen. D66 en VVD vinden dat EMB-kinderen een aparte groep moeten worden, zoals leerlingen met gehoorproblemen en slechtziendheid dat nu ook zijn.
De Kamer dringt erop aan ook voor andere groepen een doorlopende TLV af te geven. Waarom elk jaar voor kind met Down een aanvraag indienen? Minister Slob zegt toe voor juni met een voorstel te komen om zorggeld via onderwijs in te kunnen zetten. De besluiten rond leerrecht lijken bepalend te worden voor het afgeven van kortdurende of doorlopende TLV’s.
Evaluatie Passend Onderwijs begin juni
Het NRO levert eind mei de evaluatie passend onderwijs. In april start een consultatie over leerrecht en doorzettingsmacht. En er verschijnt deze maand een instructie over hoe beter met ouders te communiceren over passend onderwijs.
Samen besturen
Deze pagina is onderdeel van ons domein Samen besturen. Verus wil randvoorwaarden scheppen voor geïnspireerd goed onderwijs. Dat doen we door betrokken te zijn bij elkaar en samen te verbinden als gemeenschap, met begrip voor de positie van leden die in hun eigen leergemeenschap functioneren. Bestuurlijke vraagstukken lossen we samen op, met hulp van collega-bestuurders of een adviseur.