Voor al die volwassenen in het onderwijs is dit gedicht. Om enigszins woorden te geven aan alle gevoelens.
We denken als Verus, vereniging voor onderwijs, met dit gedicht dan aan al die Oekraïense kinderen die leven in angst en dreiging. In de hoop op het hervinden van de onschuld, en van het ontwapende spel van kinderen. Overal op de wereld.
Er zijn woorden
Die ontsnappen uit helse krochten,
Vol venijn meegevoerd door woedende orkanen.
Ze sluipen door de kieren
Van onschuld.
Ze donderen door donkere luchten,
Die zich eens als een open hemel uitspreidden
Over spelende kinderen
Met vliegers in hun onvermoeibare handen.
Juist hen passen deze woorden niet.
Die zijn te veel van alles
Wat kinderen niet zijn:
De argelozen,
De ontwapenden,
De vliegeraars.
Zij,
Die kinderen,
Krimpen ineen.
Ineengedoken zitten ze,
Overgeleverd aan de angst
Die een van die woorden meevoert.
Zo’n vervloekt,
Zo’n kindonwaardig woord:
Schuilkelder.